zaterdag 15 januari 2011

Kreools

Haiti is officieel een tweetalig land: het Kreools en het Frans zijn -op papier tenminste- evenwaardig. Op school worden de lessen in het Frans gegeven, maar thuis spreekt iedereen Kreools. Mensen die nooit naar school zijn geweest of kinderen die niet naar school gaan, en dat zijn er nogal wat, spreken dus enkel Kreools.

Dat leidt tot nogal wat vreemde situaties. 

Het Frans is de taal van de elite geworden. Als presidentskandidaten tijdens de verkiezingscampagnes het volk toespreken, doen ze dat in vlekkeloos Kreools. Eenmaal verkozen, veranderen alle politici hun taal. Van dan af spreken ze vlekkeloos Frans. 

Lies, mijn collega die werkt voor de mensenrechtenorganisatie RNDDH, was onlangs getuige bij een assisenzaak. De beschuldigde, die enkel Kreools spreekt en geen woord Frans verstaat, werd volledig berecht in het Frans. De beschuldigde kon geen vertaler betalen. Mensenrechten, hallo?

Joe, de Haitiaanse man van Lies, was drie maanden geleden op zoek naar een huis om te huren. Hij had een interessant pand gezien en belde naar het nummer dat op de 'te huur' affiche stond. Hij startte het gesprek langs de telefoon in het Kreools, en de verhuurder wist hem al meteen te vertellen dat het huis niet voor hem in aanmerking zou komen. Twee dagen later belde Joe opnieuw met diezelfde mijnheer, maar dit keer begon hij beleefd in schoon Frans te spreken. Plotseling ontstond er een dialoog, ja het huis was nog te huur, was meteen beschikbaar, etc.

Ja, je kan dus spreken van een soort van taalracisme. Maar hallo, was (is) dat in ons Belgenlandje ook niet het geval? 

Het doet me overigens denken aan de indigena's in Peru. Dat is een geïsoleerde maar grote groep Peruanen die enkel het Quetcha spreken. Voornamelijk boeren. Nu geloof ik niet dat het Quechua een officiëel erkende taal is in Peru. Die mensen moeten vechten voor het behoud van hun taal en hun cultuur. Ook daar worden mensenrechten niet gerespecteerd.



En in het voorlees kinderboekje (in het Kreools) dat ik nu aan het lezen ben worden de mensenrechten al evenmin gerespecteerd. Tinik, nauwelijks twaalf jaar, moet gaan werken van zijn moeder en krijgt zweepslagen in het huis van rijke Haïtianen waar hij als een slaafje aan de afwas staat. Zou kinderboekenuitgeverij Clavis dit soort onderwerpen niet anders brengen voor kinderen vanaf vier jaar?

PS: al goed dat er tekeningen bij staan, anders zou ik de plot niet eens begrijpen...

woensdag 12 januari 2011

12 januari 2011

Alle hotels zitten vol met journalisten. En alle kerken met Haïtianen. 

President (nog tot 7 februari) Preval heeft 12 januari tot een nationale dag van rouw uitgeroepen. Vertaald naar de praktijk: niemand moet gaan werken. Dat valt overigens niet zo erg op in een land met 75 % werkloosheid onder de actieve bevolking.

Vandaag is het exact een jaar geleden dat op 300.000 mensen het leven lieten in een vreselijke aardbeving.

Ik ging kijken aan het presidentieel paleis en op het grote plein 'Champs de Mars'. Een massa volk op de been, veel camera's en opvallend veel blanken. Dus ook opvallend veel bedelaars en verkopers die petjes en rieten hoeden proberen te verkopen aan blanken die vechten tegen zonnebrand. Veel muziek ook.



De rouw is voorbij. Mensen zingen en dansen in kerken, de dienst duurt soms wel drie uur lang. 
In plaats van rouw is nu woede gekomen. Er werden miljoenen dollars ingezameld, en tot nu toe is daar nog bijna niets van naar de Haïtiaanse bevolking gegaan.

Om precies zeven minuten voor vijf in de namiddag gebeurde er deze keer gelukkig niks. Ik stond op mijn terras en nam een foto, op de minuut precies een jaar nadat het nemen van diezelfde foto allicht een onscherp beeld zou hebben opgeleverd. Muren bleven staan. De zon ging ongegeneerd onder. Vandaag zou niemand sterven.



Ik maakte een video slideshow op basis van enkele foto's die mijn organisatie op 13 januari vroeg in de ochtend nam.

Toch nog even een link meegeven naar de persoonlijke belevenis van Joris, een collega van mij die de aardbeving van op zijn dakterras meemaakte. Hallucinant.